Ziekten en plagen

Hoewel we mogen stellen dat hortensia’s in het algemeen niet erg gevoelig zijn voor ziekten, is een aantasting natuurlijk nooit uit te sluiten. Rijk bemeste hortensia’s, die daardoor weelderig groeien en zachte bloemen en bladeren hebben, zijn een aantrekkelijker doelwit voor belagers dan planten die ’schraal’ worden gehouden.

Bladluizen
Insecten zoals bladluis verstoren de groei en daarmee de vorming van bloem en blad. Bestrijding is mogelijk met volledig biologisch afbreekbare middelen, vraag ernaar bij de vakhandel.

Spint
Kleine lichtgroene of gelige puntjes op het blad en fijn spinrag en kleine beestjes aan de onderzijde van het blad duidt op de aanwezigheid van spintmijten. Wees een grote aantasting vóór door regelmatig de onderkant van het blad (eventueel met een loupe) te bestuderen en tijdig in te grijpen.

Woldopluis / Wollige dopluis
Een zeer vervelend insect duikt de laatste jaren steeds vaker op: de zogenaamde ’woldopluis’ alias Pulvinaria hydrangeae. Het is een schildluis die in mei/juni een soort cocon achter zich aanbouwt die er als een wollig spinsel uitziet, waarna de luis zelf sterft. Dit spinsel is ongeveer één centimeter lang, een halve centimeter breed en enkele millimeters hoog en bevat eitjes. De luis, of eigenlijk de ei-zakjes worden verspreid door vogels, de pas uitgekomen jonge luisjes kunnen ook door de wind verspreid worden.
Chemische middelen tegen dop-/schildluizen werken alleen op de pas uitgekomen eitjes, waardoor meerdere behandelingen nodig zijn tussen midden juni en eind juli, waarbij elk blad aan de onderkant en ieder stukje van de stengels zeer goed bespoten moet worden. Een zekerdere manier om dit beestje te stoppen, is het tot de grond toe afsnoeien van de plant. Des te vroeger in de zomer dit gebeurt, des te groter de kans dat de plant het volgende jaar weer bloeit. Verwijder zorgvuldig alle afgeknipte takken en blaadjes!
Wanneer de aantasting echter terug blijft komen, is de enige remedie het verwijderen van alle planten die aangetast zijn en er de eerste tijd geen nieuwe neer zetten. Voorkom ook nieuwe besmettingen vanuit andere planten in de tuin waarop deze luis voor kan komen, in het bijzonder Hulst (Ilex), Linde, Viburnum, Esdoorn, Euonymus, Magnolia, Kastanje en Camellia. Let dus goed op en onderneem direct actie bij de eerste aantasting!
Pulvinaria hydrangeae
Zware woldopluis-aantasting rond mei/juni

Lapsnuitkever / Taxuskever
Wanneer bij vraat aan het blad van een hortensia géén slijmsporen van slakken te zien zijn en ook geen rupsen (of hun uitwerpselen), dan is waarschijnlijk de lapsnuitkever ofwel taxuskever actief. Dat is een zwart kevertje van ongeveer een centimeter lang, dat ook op coniferen voorkomt. Het heeft een erg hard, dof en geribbeld pantser.
Kenmerkend voor de schade die de kever toebrengt, zijn de uitgegeten hapjes aan de randen van jonge bladeren en/of bloemen. De kevers zitten overdag onder de grond en worden pas 's avonds laat actief waarbij ze naar de bovenste (de jongste/sappigste) delen van de plant lopen. De larven, die zich ondergronds bevinden, kunnen wortelschade aanrichten.
De bestrijding is niet eenvoudig: voor zover wij weten zijn er voor consumenten geen chemische middelen beschikbaar. Er is wel een biologische wijze bekend: een aangiet-behandeling met bepaalde aaltjes (nematoden) op de bodem rond de struik. De aaltjes gaan de grond in en infecteren de larven van de kever. Dit is echter een dure methode die zeker niet algemeen verkrijgbaar is.
De beste bestrijdingsmethode is nog het vangen van de diertjes. Het zijn er namelijk meestal niet zoveel en met mooi weer zitten ze na zonsondergang boven in de planten waar ze vrij eenvoudig gevangen kunnen worden. Let op: als ze even aangeraakt worden, laten ze zich vaak "dood" vallen en zijn ze op de grond bijna niet meer terug te vinden! Dan is het weer wachten tot de volgende avond…

Slakken
Wanneer er gaten in bladeren zijn ontstaan, is de kans erg groot dat het slakkenvraat betreft. Slakken beginnen namelijk meestal niet aan de randen van bladeren te eten, maar zomaar ergens middenin. Slijmsporen op of onder het blad zullen de aanwezigheid van slakken bevestigen.
Meestal zijn het naaktslakken die hortensia's aanvreten, ze zijn over het algemeen 's ochtends en 's avonds in de schemering actief. Vang ze weg of vraag bij de vakhandel om slakkenkorrels.

Meeldauw
Meeldauw (witte schimmelplekken op bladeren en bloemen) zal bij hortensia’s tot het najaar weinig of niet voorkomen. Mocht dit wel het geval zijn, dan kunt u zich wederom het beste wenden tot de vakhandel die u kan inlichten omtrent (milieuvriendelijke) bestrijdingsmiddelen c.q. -methoden. Wanneer deze schimmel zich pas in september laat zien, zal dat geen schadelijke gevolgen voor de plant hebben. In het najaar hoeft u tegen schimmels dus geen bestrijding uit te voeren, mede omdat ze in het voorjaar niet direct terugkeren.

Verbranding

Tijdens zeer zonnige en hete dagen kan het blad van hortensia's, die op het heetst van de dag in de felle zon staan, verbranden. Dit gebeurt voornamelijk aan de randen, maar als het heel ernstig is kan tot de helft van het blad verloren gaan en zelfs bloemknoppen kunnen er van lijden.
Pas enkele dagen na de verbranding is het goed zichtbaar. De randen zijn dan volledig afgestorven en bruin geworden.
Te voorkomen door voor verkoeling of schaduw te zorgen: de struiken op erg warme dagen tussen 12.00 en 16.00u enkele keren besproeien of op dat moment van de dag een parasol boven de struik te zetten of er een laken op te leggen.
Is verbranding eenmaal opgetreden, dan kunnen zwaar beschadigde bladeren worden verwijderd of de verbrande randen er een beetje worden afgeknipt. Maar als de bloemen nog in knop zijn, dan groeien ze er later meestal wel voor het grootste deel overheen, waardoor er weinig meer van te zien is.

Gebreksverschijnselen

Gele tot bijna witte bladeren waarvan alleen de (hoofd)nerven nog groen zijn. Dit verschijnsel duidt op een gebrek aan ijzer.
De oorzaak zit hem in 99% van de gevallen in een te hoge pH, dus teveel kalk in de grond. Dat kan komen door watergeven met sterk kalkhoudend water of door grond waar van nature al veel kalk in zit, bijvoorbeeld klei. Het ene ras is er gevoeliger voor dan het andere.

U kunt de oorzaak wegnemen door de plant over te potten in verse, zure grond. Wel eerst veel oude grond van de wortels afschudden. En in het vervolg zoveel mogelijk met regenwater gieten.
Maar ook het gevolg kan bestreden worden, namelijk door de plant extra ijzer te geven in een speciale vorm die ook bij een hoge pH nog door de plant kan worden opgenomen. Gebruik hiervoor ijzerchelaat.
Het is vrij duur, maar er is heel weinig ijzerchelaat nodig om een plant weer groen(er) te krijgen: Voor een struik van 1 meter breed en hoog is zo'n 5 gram al voldoende, eventueel na 1-2 maanden te herhalen. Op te lossen in een ruime hoeveelheid water. Een overdosering kan de wortels verbranden. Geef daarom liever een paar keer vaker een lage dosering. Al na 1-2 weken is verbetering van de bladkleur te zien, voornamelijk in de toppen. Oude bladeren zullen echter niet meer helemaal bijkleuren.
Geef ook in het volgende vroege voorjaar weer 1 of 2 keer ijzerchelaat, zodat de nieuwe scheuten meteen voldoende ijzer kunnen opnemen.
IJzerchelaat is nu bij Hovaria te bestellen. Klik hier voor de bestelpagina

Ziet u op deze pagina géén index, klik dan hier

Created by Koos and Wilko Hofstede Copyright © 2000-2006. All rights reserved.
Voor het laatst veranderd: 15 juni 2006